Boekenpraat: (Voor)lezen: één boek, twee verhalen

Wij hadden in de tijd dat ik nog heel jong was geen tv. Dat wil echter niet zeggen dat er een gebrek was aan verhalen thuis. Verhalen waren er in overvloed. Ik heb honderden boeken verslonden als kind, maar voor ik zelf kon lezen, las mijn moeder er al tientallen voor. Later las ik die boeken zelf. Wat bleek toen? Zo’n boek zat soms ineens heel anders in elkaar dan ik dacht.

Naar bed, naar bed…

Voorlezen hoorde bij het ritueel rond bedtijd. Na het eten even je speelgoed opruimen en dan langzaam maar zeker naar bed. Daar op de rand van het bed of veilig op schoot kregen we dan nog een verhaaltje voorgelezen. Vooral op winterdagen hadden we nog weleens de mazzel dat er af en toe op een donkere namiddag ook een verhaaltje voor werd gelezen. Je zou misschien verwachten dat we met alle kinderen naar hetzelfde verhaal luisterden, maar dat was vaak niet het geval. Wel op een donkere wintermiddag, maar niet rond bedtijd.

Soms luisterden we wel met z’n allen naar één verhaal, maar we hadden vaak allemaal een eigen boek of een boek dat we ‘deelden’ met een broertje of zusje.

Uitkijken naar nieuwe boeken

Ik was al heel jong gek op boeken. Met Kerst kregen we van de zondagsschool een boek en ook op school kregen we na de viering een boek mee naar huis. Op school hadden we niets te kiezen, maar op de zondagsschool mochten we zelf een keuze maken. Uiteraard maakten mijn ouders die keuze voor me toen ik nog niet kon lezen, maar ik wist toch heel goed dat er een boek zou komen en keek er ieder jaar weer naar uit. Een nieuw boek betekende een nieuw verhaal en weer (voor)leesplezier.

‘Spannende’ verhalen

De boeken die ik kreeg voorgelezen hadden vaak een christelijk tintje. Dat vond ik heel logisch, want ik groeide op in een christelijk gezin, dus ik vond veel herkenning in die verhalen. Bidden voor het eten, op zondag naar de kerk, enz. Ik hield vooral van de ‘spanning’ in sommige verhalen. Kinderen die verdwaalden in een donker bos en meer van dat soort avonturen. Mijn moeder las ze voor en ik luisterde ademloos, met mijn duim in mijn mond.

Zelf lezen: het verhaal ‘klopt niet’

Later kon ik zelf lezen. Ik las de boeken die mijn moeder me eerder had voorgelezen. Wat bleek toen? De boeken, die ik ongeveer uit mijn hoofd kende na een paar keer voorlezen, zaten net iets anders in elkaar dan ik dacht. Bij zelf lezen waren er soms ineens pagina’s gevuld met kerkdiensten en preken en verdwaalde kindertjes zaten ineens in het donker te bidden of er snel hulp zou komen. Bij het voorlezen deden ze dat allemaal niet. Die pagina’s vol kerkdiensten werden afgekort tot “ze gingen naar de kerk” en dat bidden in de nacht hebben ze denk ik bij het voorlezen ook maar zelden gedaan.

Mijn moeder sloeg dus stukken over of paste hier en daar wat aan, ontdekte ik toen ik zelf kon lezen. Nog steeds vind ik dat grappig. En het allerleukste is: als ik in mijn klas voorlas, deed ik precies hetzelfde. Prima hoor, een boek met een christelijke inslag, maar van mij hoeft het er niet ál te dik bovenop te liggen. Als ik een preek wil lezen, zoek ik wel een preek uit. Geen leesboek. En dát is dus de kracht van voorlezen. Je kunt het verhaal van een ander delen én er een beetje je eigen draai aan geven.

*Voor de oplettende lezer: Ja, ik had ook een vader, maar die had andere talenten, zullen we maar zeggen. Het voorlezen liet hij graag aan mijn moeder over;).

11 gedachten over “Boekenpraat: (Voor)lezen: één boek, twee verhalen

  1. Leuk! Ik zie het hier ook. De voertaal, zeker bij kinderen is hier dialect, en als men dan duitse boeken voorleest, worden die eigenlijk naverteld in het dialect. Dat zie ik ook als men bijschriften in musea of iets uit de krant voorleest. Dat gaat automatisch. Vele zijn zich niet eens bewust, dat er een verschil is tussen wat ze lezen, en wat er werkelijk staat. Zo zie je maar, lezen is een (eigen) interpretatie van het gedrukte.

    Like

  2. Even reactie op je vorige blog. Wat heerlijk dat het zoveel beter gaat met je hypochondrie. Je weet dat ik het ook heb gehad en nu er goed mee om kan gaan. Heel af en toe even paar seconden, die heel lang lijken te duren, angst als ik bijv. een pijn heb of steek die ik niet herken. Of als mijn man zegt dat hij zicht niet zo goed voelt. Dan gaan de alarmbellen af.
    Uitputting door psychische klachten; heel herkenbaar. Ben nu supermoe en baal daar erg van. Mijn huisarts neemt mij altijd serieus en ik mag bloedtest laten doen als ik wil, dat is meestal eens in de 2 jaar maar er komt nooit iets uit al hoopte ik ook op tekort aan vitamine B12.
    Als ik goed nadenk kan ik zo 10 redenen verzinnen waarom ik zo moe ben maar er is altijd wel een reden bij mij en daar baal ik zo van.

    Ik wens je een fijne dag toe en nogmaals wat geweldig dat je zo sterk bent geweest om de dingen onder controle te krijgen. Een teken dat het beter met je gaat en dat je het goed doet. Mensen beseffen niet hoeveel kracht je nodig hebt om je fobieen de baas te worden. zet m op.

    Like

    1. Herkenbaar hoor, dat je eerste reactie nog angst is. Dat heb ik ook, maar het duurt inderdaad nu maar heel even en dan is er prima mee te leven. En uitputting door psychische klachten is zéker mogelijk. Ik merk alleen wel verschil tussen psychisch moe of lichamelijk moe. Vandaar dat ik het wilde bespreken met mijn huisarts.

      Like

  3. Grappig dat je ouders de meest christelijke stukken oversloegen bij het voorlezen, en dat je (daardoor?) nog steeds ‘lezen voor plezier’ en ‘lezen als geloofsuiting’ als twee verschillende dingen ziet.

    Like

    1. Dat zie ik inderdaad zeker als twee verschillende dingen. Een christelijk boek vind ik fijn, maar ik hoef echt geen hele preken en dat soort dingen.

      Geliked door 1 persoon

  4. Ik ken de soort boeken, voor volwassenen zijn ze er ook. Ik vind het brave wel grappig in boeken maar meestal neem ik ze toch niet mee. Ik vind het wel bijzonder wat je moeder deed, het geloof meegeven moet ook genoeg zijn toch.

    Like

Reacties zijn gesloten.