
Mensen of dingen moet je soms een kans geven. Daar ben ik het wel een beetje mee eens, maar toch vind ik dat lastig. Geven heeft namelijk iets in zich van belangeloos, zonder enige voorwaarde. Dat snap ik wel en soms wil ik mensen of dingen best die kans geven, maar soms ook niet. Er zijn mensen en instanties die een kans van mij niet meer krijgen, maar die hun kans(en) moeten verdienen. Vooral in de ggz moet men hard aan de slag om een kans van mij te krijgen. Die krijg je namelijk niet vanzelf, maar daar moet je keihard voor werken.
“Ik denk dat je het een kans moet geven.”
Toen er een poosje geleden gedoe was met een verwijzing binnen/naar de ggz, waagde mijn huisarts een belletje naar de instelling. Uiteindelijk kon ik niet terecht bij de instelling waar ik een intake had gedaan, maar moest ik naar een andere instelling (oké, wel van dezelfde overkoepelende organisatie) meer bij mij in de buurt.
Toen ik dat hoorde, was de paniek bij mij losgebroken en dat was waarom de huisarts zich ermee was gaan bemoeien. Hij legde me uit dat dit toch het beste was en waarom. Hij vroeg na zijn uitleg wat ik nu dacht. Kijk, als je mijn vertrouwen eenmaal hebt, denk ik niet na, dus dan zeg ik gewoon écht wat ik denk en dus zei ik: “Wat ik nu denk? Trek de stekker er maar uit.” Dat mocht ik zeggen en dat was logisch, maar de huisarts drukte me op het hart dat ik het een kans moest geven. Ik bleef daar maar over nadenken. Het een kans geven? Moesten zij die kans niet eerst verdienen?
Wantrouwen richting de ggz
Mijn wantrouwen richting de geestelijke gezondheidszorg is behoorlijk groot. Dat geldt trouwens eigenlijk richting ongeveer de hele mensheid en in het bijzonder richting hulpverleners. Dat heeft een reden. In het verleden ben ik te vaak niet serieus genomen of is er maar half naar me geluisterd. Of, ook zo fijn, ik werd maar half geïnformeerd en kwam bij het afscheid van een ggz-instelling voor diagnoses te staan waar ik niets van wist. En dan heb ik het nog niet over loze beloftes van behandelingen en dan toch nog een jaar op de wachtlijst staan. Heb je ‘m door? Wantrouwen dus. Mijns inziens volkomen terecht.
Moet ik hen een kans geven of zij mij?
Door dat wantrouwen vind ik dat mensen en instellingen eerst mijn vertrouwen en mijn kans moeten verdienen. Die krijg je niet zomaar. Vervolgens vroeg ik me af wie hier eigenlijk wie een kans moest geven. Ik was afgewezen bij de instelling waar ik een intake had gedaan en werd nu verwezen naar een andere instelling. Was ik dan degene die dat een kans moest gaan geven?
Ik besloot dat het anders lag. De instelling moest eerst mij een kans geven. Want wat als ze me op die nieuwe plek ook weer wegsturen? Pas als ze mij een kans geven, ga ik hen een kans geven. Niet vanzelf hoor. Daar moeten ze dan hard voor werken.
Al die inzichten kwamen pas na een paar dagen. Op het moment dat ik het hoorde, vond ik het namelijk allemaal stom. Dat mocht ook van mezelf. Ik hoefde er pas op z’n vroegst de volgende dag iets positiefs van te vinden. Het duurde wat langer, maar na al deze inzichten zag ik het helder. Ja, ik zou het een kans geven. Maar zij zouden éérst mij een kans moeten geven om die kans te verdienen. Snap je het nog? Ik vind het zelf volkomen logisch.
Voor alle duidelijkheid: ik ben dus (intern) verwezen en er zou contact met me opgenomen worden. De wachtlijst voor intake zou ik over mogen slaan, dus het zou niet al te lang duren. We zijn nu twee bijna twee maanden verder en ik heb (uiteraard;)) nog niks gehoord.
Aargh! Ik snap je wantrouwen en scepsis helemaal als het gaat om de GGZ. En dat je dan weeeer zo lang moet wachten. Je zou er toch ook niet goed van worden. Dat doet weinig voor het vertrouwen.
LikeLike
Ik bedacht dus vandaag dat ik nu in totaal alweer bijna de 11 maanden wachten aantik. Stel je toch voor dat je het jaar niet zou halen;).
LikeLike
Argh de wachttijden zijn altijd om te huilen, verschrikkelijk. Ik ben zelf verwezen naar een traumacentrum en heb al met al ook 8 maanden moeten wachten, maar inmiddels is het bijna zover. Zou eigenlijk niet moeten kunnen in een land als Nederland…
LikeLike
Bizar hè. Ik zit nu in totaal na aanmelding op bijna 11 maanden. Heb dus wel een intake gehad, maar geen behandeling.
LikeLike
Pfff gaat echt nergens over
LikeGeliked door 1 persoon
Vertrouwen is van glas, zei een van mijn begeleiders ooit. Dat klopt, eenmaal gebroken blijf je altijd de barsten zien. En aangezien je geen oneindige voorraad glazen hebt, zullen mensen het dus soms moeten doen met het gelijmde glas, tot ze bewezen hebben dat ze dat niet kapot laten vallen. Dan pas komen de mooie glazen uit de kast.
LikeLike
Dat vind ik één van de beste vergelijkingen ooit. En er heeft bij mij al heel wat glas gerinkeld, dus ja, daar zullen die hulpverleners dan mee om moeten gaan. Laat ik het zo zeggen: de één is daar beter in dan de ander.
LikeLike
Misschien de volgende keer, als men over vertrouwen en kansen geven begint, deze vergelijking eens gebruiken? 😉
LikeLike
Ik ken er vast één die ik dit de volgende keer even om de oren ga gooien ja. Je weet wie:).
LikeGeliked door 1 persoon
Helemaal waar. Zij moeten jou een kans geven. Dan moet jij hun of hun therapie een kans geven, maar die moeten zij verdienen, door jou een kans te geven. Snap jij het nog? Ik hoop dat je snel een juiste therapie vind, want die wachtlijsten zijn zinloos en vermoedelijk “huisgemaakt”. KAn me niet voorstellen waarom het zinvol zou zijn om iedereen zo lang te laten wachten. Maar ja, dat is in Nederland met erg veel het geval, woningen, operaties etc. Dus heel veel succes met het wachten op de kans.
LikeLike
Ja hoor, ik snap het nog. Je schrijft precies wat ik voel. En dat lange wachten slaat inderdaad nergens op.
LikeLike
Het is té treurig voor woorden!
LikeGeliked door 1 persoon
Eigenlijk vind ik geen woorden hierop te reageren.
Zo bizar.
LikeGeliked door 1 persoon