Stoelendans

Weet je waar ik héél erg goed in ben? Denken voor een ander. Ik probeer altijd te bedenken wat een ander zou kunnen vinden of zeggen, zodat ik daar dan weer adequaat op kan reageren. Dat heeft vooral te maken met mijn behoefte aan controle. Als ik weet wat de ander gaat zeggen, weet ik ook weer wat ik vervolgens moet zeggen. Het is een beetje vergelijkbaar met een stoelendans en ik leerde in de afgelopen maanden dat ik beter op mijn eigen stoel kan blijven zitten.

Afspraken voorbereiden

Als ik een afspraak heb met familie of vrienden maak ik me vooraf niet druk over wat ik ga zeggen en wat zij dan kunnen antwoorden en hoe ik daar dan weer op moet reageren. Dat gaat min of meer vanzelf en als het niet vanzelf gaat, heeft dat geen consequenties.

Zodra het gaat om afspraken met bijvoorbeeld hulpverleners ligt het anders. Een afspraak met mijn psycholoog bereid ik altijd voor. Ik mail vooraf een lijstje met punten waarover ik het wil hebben. Dat mag en dat werkt (voor nu en voor mij) goed. Voor een consult bij de huisarts maak ik ook altijd een lijstje, in overleg met mijn psycholoog. Dat klinkt misschien wat bijzonder, maar dat komt omdat ik zelf moeilijk kan selecteren wat wel of niet besproken moet worden en als ex-hypochonder ook niet weer wil vervallen in allerlei onnodige vragen. Ik bespreek dus met mijn psycholoog wat ik aan de huisarts zou willen vragen en maak dan tijdens zo’n therapiesessie mijn lijstje voor het consult met de huisarts.

Op mijn eigen stoel blijven zitten

De laatste keer dat ik voor mijn ‘vinger-aan-de-pols-consult’ naar de huisarts ging, was mijn lijstje weer net iets te lang. Mijn psycholoog hielp me dus vooraf met selecteren. Eén van mijn belangrijkste punten op de lijst was vermoeidheid. Mijn psycholoog was met me eens dat ik dat moest/mocht bespreken. Maar toen begon het pas: “Ja, maar dan ga ik zeggen dat ik moe ben en dan gaat de dokter zeggen…” En daar kwamen de theorieën. Eigenlijk elk mogelijk antwoord dat de huisarts zou kunnen geven, had ik al bedacht. Uiteraard had ik óók bedacht wat bij elk mogelijk antwoord mijn reactie zou zijn.

Ik kwam niet ver met mijn mogelijke theorieën, want mijn psycholoog stopte me. Letterlijk. “Stop. Je moet niet op zijn stoel gaan zitten. Hij heeft zijn kant van de tafel en jij de jouwe.” Ik maakte flauwe grapjes, want ik wilde wel even al mijn theorieën uiten en bovendien: “Anderhalve meter hè, dus hij hoeft niet bang te zijn dat ik in de buurt van z’n stoel kom.” Ja, flauw, maar je moet maar stress hebben.

Vertrouwen

Hoewel ik eerst flauwe grappen maakte, snapte ik heus wel wat mijn psycholoog bedoelde. Ik wilde controle. Ik wilde elk mogelijk antwoord van de huisarts vast besproken hebben, zodat ik zou weten hoe ik zou moeten reageren. Maar dat hoefde niet. Het ging om vertrouwen, legde mijn psycholoog uit. Als ik een vraag stel (dát kan vanaf mijn stoel), zal de huisarts eventueel doorvragen en/of onderzoek doen en een antwoord geven (dát is de bedoeling vanaf zijn stoel). Het is vervolgens aan mij om erop te vertrouwen dat de vragen die de huisarts zal stellen de juiste vragen zijn en dat hij de juiste vervolgstappen zal zetten. Als de vervolgstap is dat er géén verder onderzoek komt, zal ik me daar vervolgens bij neer moeten leggen. Dát is namelijk wat hij moet beslissen en niet ik.
En dát is ook wat ik zo heel lang moeilijk heb gevonden, omdat in het verleden (overigens door andere huisartsen) niet altijd serieus is genomen wat ik zei. Dat vind ik moeilijk. Nog steeds. En toch? Ik deed het. Ik bleef tijdens de consulten van het afgelopen jaar op mijn eigen stoel zitten. En weet je wat? Ik durf het steeds beter. Omdat ik steeds meer durf te gaan vertrouwen. Deze huisarts weet namelijk heel goed dat er nogal vaak iets met mijn hoofd is, maar dat dat een lichamelijk probleem niet uitsluit. Dat vertrouwen ben ik lang kwijt geweest en ik ben heel blij dat dat nu weer terug is. Soms vind ik het moeilijk hoor, maar het gaat gelukkig steeds beter. Einde stoelendans dus.

12 gedachten over “Stoelendans

  1. Fijn dat je weer wat meer vertrouwen in het geheel of het leven krijgt. En nu nog hopen dat die vermoeidheid ook verdwijnt. Succes!

    Like

    1. Ik begin een beetje hoop te krijgen dat het beter wordt, maar durf nog niet te hard te juichen.

      Like

  2. Herkenbaar! Inmiddels ben ik zo goed in het voorspellen van wat er gaat gebeuren/gezegd gaat worden dat mensen er maar van uit gaan dat ik gelijk ga krijgen. Niet dat dat echt helpt tegen die stoelendans, maar we kunnen ons tenminste voorbereiden op datgene wat die ander gaat zeggen/doen. En dat scheelt enorm!

    Like

    1. Ik gooi ‘m er nu gewoon in hoor. Mijn huisarts vroeg pas waar ik zelf aan dacht. ‘Geen idee, want ik moet op m’n eigen stoel blijven zitten.’ Uiteraard had hij ook wel door dat die uitspraak niet van mezelf kwam. 😂

      Geliked door 2 people

  3. Vertrouwen is zo belangrijk! Controle is ook nog wel een dingetje voor mij, maar ik word steeds beter in loslaten. Het gaat langzaam, maar het gaat in elk geval vooruit.

    Geliked door 1 persoon

  4. Wat niet wegneemt dat, bij meerdere klachten, alles even op een briefje zetten wél een goed idee is. Niet alleen voor jou maar voor iedereen. Het voorkomt dat je bij thuiskomst ontdekt dat je toch dingen bent vergeten te vragen.

    Like

Reacties zijn gesloten.